Podcasts: De start van het koloniale project

De start van het koloniale project: FOMO? (deel 1) met Gerhard de Kok en Dean Bowen

Hoe zag rond het jaar 1600 de start van het koloniale project van Rotterdam eruit? Waar is het fout gegaan en begon de slavenhandel? In aflevering 3 van History Matters gaat presentator Hasna El Maroudi in gesprek met Gerhard de Kok, historicus, bedrijfseconoom en universitair docent aan de Universiteit van Leiden. Hij legt uit dat de VOC en WIC het gebruik van geweld en mensenhandel vanaf het begin omarmden: “Veel gewone Rotterdammers, van bakkers tot timmerlieden, verdienden een boterham door het koloniale systeem. Dat laat zien dat die koloniale geschiedenis een Rotterdams verhaal is en dat koloniale geschiedenis een Rotterdamse geschiedenis is.”

De aflevering wordt afgesloten door spoken word artiest en voormalig stadsdichter Dean Bowen. Hij laat met zijn bijdrage ‘Aan allen die zich hier bevinden’ voelen wat de erfenissen zijn van de koloniale geschiedenis.

De start van het koloniale project: FOMO? (deel 2) met Karwan Fatah-Black en Dean Bowen

Wat was de mentaliteit achter het ‘slaven maken’ en ‘slaven houden’? Het goed praten van slavernij? Met presentator Hasna El Maroudi onderzoeken we het begin van de Nederlandse slavernij. Historicus Karwan Fatah-Black geeft een college over de morele verantwoording van het koloniale project. Hij is als docent verbonden aan de Universiteit van Leiden, expert op het gebied van het slavernijverleden. Hij stelt dat de zuiver economische en rationele blik een te beperkte blik is op de drijfveren achter de koloniale en slavernijgeschiedenis: “Slavernij gaat altijd over veel meer dan alleen maar geld verdienen. De wens om iemand anders tot slaaf te maken en de wens om iemand anders onder controle te houden brengt veel meer dan economisch gewin”.

De aflevering wordt afgesloten door spoken word artiest Dean Bowen. Hij was tot 2021 stadsdichter van Rotterdam. Bowen schreef de bundel ‘Bokman’ en ‘Ik vond geen spoken in Achtmaal’. Ook schreef hij een gedicht voor het derde boek van de trilogie over het Rotterdamse koloniale en slavernijverleden.